Begroting 2019 -2022

Financiering

Rentevisie

Rentevisie

Om onderbouwde financieringsbeslissingen te kunnen nemen, is het belangrijk om een inschatting te maken van de toekomstige renteontwikkeling. Deze zogeheten rentevisie wordt jaarlijks opgesteld en is gebaseerd op de verwachtingen van diverse financiële instellingen.
In de begroting wordt een rente voor kortlopende leningen (≤ 1 jaar) en een rente voor langlopende leningen (> 1 jaar) gehanteerd. De ontwikkeling van de korte rente is vooral afhankelijk van de inflatie. De hoogte van de lange rente wordt vooral bepaald door de economische groei.
Door de economische crisis staan de korte en lange rente al enkele jaren op een erg laag niveau. Naar verwachting zal de rente in 2019 licht gaan stijgen. In de onderstaande tabel is de verwachte renteontwikkeling van een aantal grote banken in 2019 weergegeven.

Huidig

01-01-2019

31-12-2019

Rente begroting

Korte rente

-0,32%

-0,27%

-0,16%

0,00%

Lange rente

0,55%

0,77%

0,98%

1,50%

Op basis van deze verwachting is in de begroting 2019 gekozen voor een rente van 0% voor kortlopende geldleningen en 1,5% voor langlopende geldleningen. In de meerjarenraming 2020-2022 staat de rente voor kortlopende geldleningen op 1%. Deze rentes zijn hoger dan de verwachte marktrente in 2019. Voor de meerjarenbegroting wordt er echter vanuit gegaan dat de rentes weer zullen gaan stijgen, daarom is voorzichtigheidshalve uitgegaan van bovengenoemde percentages.